Ga naar hoofdinhoud
De BeterDichtbij servicedesk is tijdelijk telefonisch niet bereikbaar i.v.m. storing. Je kunt contact opnemen via de chat op onze website of per mail via service@beterdichtbij.nl

Digitaal contact en thuismeten bij longgeneeskunde van het Albert Schweitzer ziekenhuis

Hoe maken digitale services het werk van een arts, verpleegkundige of poli-assistent nu echt makkelijker en beter? Dit jaar
voeren we hierover in diverse edities van ICT&health gesprekken met zorgverleners in een ziekenhuis. Deze keer aan het
woord: Rika Putters, verpleegkundig specialist Longziekten bij het Albert Schweitzer ziekenhuis in Dordrecht en omgeving.

Rika Putters

Als er één ziekenhuisafdeling is die het de afgelopen 1,5 jaar zwaar te verduren heeft gehad, is het longgeneeskunde. Toch heeft deze afdeling in het Albert Schweitzer ziekenhuis in deze periode een grote stap gezet in het vereenvoudigen van zorg: naast digitaal contact via BeterDichtbij, meten steeds meer patiënten hun vitale waarden vanuit huis via thuismonitoringsdienst Luscii.

Wat betekent de inzet van deze digitale services voor het werk van zorgverleners op de afdeling: longverpleegkundigen, verpleegkundig specialisten, longartsen en poli-assistenten? En hoe verandert de zorg voor patiënten? We liepen een dag mee met verpleegkundig specialist Rika Putters.

08.00 uur

Rika Putters is net op de poli aangekomen en start haar computer op. Het eerste dat ze elke werkdag doet, is de berichten van patiënten bekijken in BeterDichtbij. Alle patiënten die langere tijd in behandeling zijn op de afdeling, krijgen deze app aangeboden om eenvoudig vragen te stellen. De binnenkomende berichten worden gemonitord door de poli-assistenten, die de praktische vragen zelf afhandelen. Medische vragen zetten zij door naar Putters, haar collega verpleegkundig specialist of de longartsen. Deze ochtend staan er drie vragen klaar voor Putters.

Daarna is het tijd om naar Luscii te kijken. Patiënten krijgen iedere week een reminder om hun gegevens te delen via de app. Gaat het minder goed thuis, dan krijgt de verpleegkundig specialist of longarts hiervan een melding van Luscii in het medisch dossier. Op dinsdag zijn de longverpleegkundigen vrij geroosterd om de alerts te monitoren en contact op te nemen als dat nodig hebben.

“Via Luscii hebben we een goed beeld van hoe het gaat thuis en krijgen we achteruitgang vroeg in beeld, maar contact verloopt altijd via BeterDichtbij”, vertelt Putters. “Ook als het niet goed gaat, geven patiënten dat vaak via BeterDichtbij door. Bij spoed blijven ze natuurlijk bellen. Zo is de communicatiestroom gekanaliseerd, heel overzichtelijk. En doordat we nu meer inzicht hebben, kunnen we onze zorg nog beter afstemmen op de actuele zorgbehoefte.”

Is er direct iets nodig, dan wordt diezelfde dag nog een afspraak ingepland of eventueel een beroep gedaan worden op de longverpleegkundigen van de wijkzorg, aldus Putters. “Maar het kan ook dat het zo goed gaat, dat we de afspraak kunnen annuleren.”

08.30 uur

De poli start, Putters ontvangt haar eerste patiënten. Waar die gesprekken eerder nogal eens werden onderbroken door telefoontjes van patiënten, is dat nu een stuk minder geworden. De stroom vragen gaat nu veelal via BeterDichtbij en steeds minder telefonisch.

Putters vindt het fijn om het spreekuur ongestoord te kunnen doen en op zelfgekozen momenten vragen te beantwoorden in BeterDichtbij. “Thuismeten via Luscii geeft patiënten bovendien meer inzicht in hun ziekte. En we steunen ze in hun zelfmanagement door het behandelplan te delen, net als ademhalingsoefeningen of dieetadviezen van andere zorgverleners. Mooi is ook dat we terugkrijgen dat mensen het geruststellend vinden dat hun metingen door ons worden gemonitord.”

Patiëntvragen gaan nu veelal via BeterDichtbij en steeds minder telefonisch.

12.30 uur
Tijd voor lunch.

13.00 uur
In de middag neemt Putters ook altijd een moment om vragen en alerts op te pakken. De vragen van patiënten via BeterDichtbij gaan vaak over de ingestelde medicatie, soms over klachten die veranderen of die nog te binnen zijn geschoten na het laatste consult. Ook kan Putters, net als haar collega’s, via BeterDichtbij eenvoudig een standaardbericht met handige antwoorden of informatie delen.

“Mijn advies aan andere zorgverleners die met digitale diensten gaan starten? Bereid het goed voor. Vorm een werkgroep waarin iedere discipline vertegenwoordigd is en maak samen een plan. Je gaat informatiestromen anders inrichten, die moet je dan natuurlijk wel goed in kaart hebben. Maak goede afspraken over de verantwoordelijkheden en de taken die iedereen oppakt in de voorbereiding én de uitvoering. Digitaal contact kun je vrij snel breed inzetten. Als het gaat om thuismonitoring: start met een beperkt aantal patiënten. Dan kom je ongetwijfeld verbeterpunten tegen, je ziet wat je nodig hebt en hoeveel tijd het kost. En leer voor wie het wel en voor wie ook niet geschikt is. Zo kom je steeds een stap verder.”

13.30 uur
De poli gaat weer verder.

16.15 uur
De patiënt die nu op consult komt, is nog extra ingepland naar aanleiding van monitoring en digitaal contact. Het gaat helaas minder goed dan gehoopt. Met een extra controle, en vooral ook elkaar even live zien, hoopt Putters de vinger erachter te krijgen hoe het komt.

“We zitten nu nog in de fase van investeren als het gaat om digitale diensten. Daarnaast is het gewoon nog heel druk op onze afdeling door opgelopen wachtlijsten tijdens covid. Maar het idee is natuurlijk wel dat we uiteindelijk tijd besparen. Je kan er naartoe werken dat we mensen eerder uit het ziekenhuis ontslaan omdat ze thuis hun saturatie kunnen meten bijvoorbeeld. Daar hebben we ook mooie voorbeelden van gezien met Covid-patiënten.”

Geselecteerd aanbod digitale diensten

“We zijn gewend aan apps en digitale diensten in ons dagelijks leven, denk aan Spotify en internetbankieren op je mobiele telefoon. Patiënten vragen er steeds meer om bij ons,” aldus Mark Friebel, KNO-arts en CMIO van het Albert Schweitzer ziekenhuis. “Daarom zetten we in lijn van onze digitale strategie (digitale zorg en zorg op afstand) nu in op drie hoofddiensten: het patiëntportaal mijnasz.nl, digitaal contact via BeterDichtbij en thuismetingen zoveel mogelijk via Luscii. Mensen verwachten dit soort diensten van hun eigen ziekenhuis.”

Cruciaal voor verder succes is natuurlijk dat het ziekenhuis ook aandacht houdt en blijven houden voor de eindgebruikers, benadrukt Friebel. “Digitale diensten moeten zowel voor patiënten als zorgverleners altijd intuïtief te gebruiken zijn.”

Dit artikel verscheen eerder in ICT&health.