Deze blog is eerder verschenen op Qruxx tech
Het gras is altijd groener bij de buren, zou je bijna denken. Want waar digitalisering in de zorg in Nederland zo nu en dan nog wat moeizaam lijkt te gaan, biedt het buitenland volop voorbeelden van goedlopende initiatieven rondom digitale zorg.
Het moet gezegd, de voorbeelden en gebruikersaantallen van partijen als Babylon Health (Groot-Brittannië), HealthTap (VS) en Ping An Good Doctor (China) lijken soms jaloersmakend. Drie diensten voor direct contact met een arts, 24/7 en volledig digitaal.
Drie weken wachten
De reden waarom deze drie diensten zo snel groeien in Engeland, VS en China kun je echter ook zien als uitwas van slechter georganiseerde zorg in die landen. Zo moeten consumenten in Engeland voor een niet-spoedeisende afspraak met de huisarts in sommige regio’s wel tot drie weken wachten. En dan is de stap naar een digitaal kanaal (met een belofte van een eerste reactie van een arts binnen 24 uur) gauw gemaakt. Om maar te zwijgen van de toegang tot zorg in landen als de VS of China… zowel logistiek, financieel als fysiek.
Gelukkig is de zorg in Nederland zo goed geregeld dat er wat dat betreft nog wat beperkte urgentie bestaat voor een digitale dokter. Dat wil niet zeggen dat er geen kansen liggen voor een dergelijk platform, ook in ons land. En dat is al dichterbij dan we denken, zonder dat we een ‘disruptieve partij’ uit het buitenland nodig hebben. Want de juiste ingrediënten hiervoor zijn al in de zorgsector aanwezig.
Stap 1: bouw een platform
Daarom in drie stappen naar een Nederlandse ‘Digitale dokter’. Daarbij is stap 1: bouw een platform, werk met goede partners en een relevant netwerk.
De achtergrond van deze stap: om de consument met een zorgvraag en de zorgverlener met een aanbod met elkaar te kunnen verbinden, heb je een platform nodig. Een plek waar vraag en aanbod bij elkaar komen én de plek waarbij het aanbod van zorgverleners zo breed is, dat het voor een grote groep consumenten het juiste aanbod is. Niet zomaar een digitale dienst voor een beperkte groep patiënten, want dan kun je onvoldoende schaal opbouwen, leren van je gebruikers en op basis daarvan door ontwikkelen.
Een breed aanbod is niet per se een breed pallet aan specialiteiten, maar eerder een breed aanbod aan fysieke locaties en daarmee dokters. Ondanks dat een ‘digitale dokter’ impliceert dat plaats en tijd geen rol spelen, is er ook nog zoiets als ‘je eigen dokter’. De Nederlandse consument hecht veel waarde aan die vertrouwde relatie met de eigen arts. Bovendien: als je een gebruiker in staat wil stellen om op een willekeurig moment een vraag te stellen over zijn of haar persoonlijke zorg, dan is het wel handig dat die vraag & antwoord ook bij de eigen (huis)arts terecht komen.
Snel doorschakelen
Ook een kleine medische vraag met bijbehorend onderbouwd digitaal advies, moet immers ook ergens in een dossier terecht komen. Stel dat de digitale dokter een keer geen advies kan geven, dan is het wenselijk dat je snel door kunt schakelen naar een echte zorgverlener; een huisartsenpost (HAP), de eigen (huis)arts of het ziekenhuis in de eigen regio. En bij voorkeur zonder dat je daar opnieuw het verhaal moet vertellen.
Dat impliceert dat je, voor digitaal succes in de zorgsector, niet verder komt zonder partners. Er is een netwerk nodig waar gebruikers terecht kunnen voor uitvoering van de dienstverlening. Hoe mooi en uitgebreid ook je platform digitaal is, je hebt betrouwbare partners in de echte zorg nodig; ziekenhuizen, huisartsenorganisaties, thuiszorgorganisaties of andere ketenpartners. Alleen zo sluit je op het Nederlandse zorgstelsel en een belangrijke behoefte van je eindgebruikers: contact met de eigen dokter.
Ook zonder zorginhoudelijke partijen (Wetenschappelijke- en patiëntenverenigingen, en bijvoorbeeld de NHG) kun je niet. Gelukkig maar. Zij helpen om de digitale dokter te voorzien van de cruciale Nederlandse richtlijnen, inhoud en adviezen. Breng al die partijen bij elkaar, en begin dan met ‘de digitale voorkant’.